Les 140 – Kinpomp – het coördineren van de hoofdbeweging en de ademhaling

Vraag: De kinpomp is simpelweg fantastisch. Ik heb het een aantal keer geprobeerd naar mijn beste begrip en het is inderdaad erg krachtig. Dank je voor het delen van dit soort waardevolle technieken.

Voor ik dit op kan nemen in mijn dagelijkse sadhana heb ik wat verheldering nodig. Ik wil er zeker van zijn dat ik de techniek goed begrijp. Wanneer ik van rechts naar links ga en van links naar rechts, wordt dit op een ademhaling gedaan of zijn het verschillende rondes? En terwijl de hoofdbeweging aan de gang is, moet je dan ook ademen?

Je hebt benoemd dat als we deze techniek aanleren we het beperken tot vier ademhalingen. Kun je dit alsjeblieft verhelderen? Betekent dit dat we vier rondes van hoofdrotaties doen in iedere richting of dat we vier ademhalingen doen in iedere kinpomp in een bepaalde richting, of van rechts naar links of van links naar rechts?

Antwoord: Bij een volledige ademhaling (kumbhaka/vasthouden van de adem, uitademen, inademen) gaat het hoofd een kant op. Dan op het einde van een nieuwe inademing, veranderen we van richting met het hoofd voor de volgende ademcyclus die weer begint met kumbhaka/vasthouden van de adem. Verander dan vervolgens weer de draairichting van het hoofd wanneer je vol met lucht bent bij de volgende ademcyclus.

Het hoofd stopt nooit, het verandert alleen van richting bij het starten van iedere nieuwe kumbhaka (vasthouden van de adem).

Vier ademhalingen betekent vier kumbhaka’s met vier series van hoofdrotaties, waarbij je bij de start van ieder van de vier kumbhaka’s van richting verandert. We veranderen altijd van richting met het hoofd bij het begin van een nieuwe kumbhaka. Wanneer het soepel en comfortabel is geworden met vier ademhalingen, dan kan je van het tellen van de ademhalingen overgaan naar het gebruiken van de klok, en vijf minuten de kinpomp doen. Doe gewoon zoveel gemakkelijke kumbhaka’s als dat vanzelf ontstaat tot de tijd op is. Wanneer vijf minuten gemakkelijk is geworden, probeer dan tien minuten. Haast je niet naar dat niveau. Werk er naar toe wanneer je beoefening soepel gaat en je gemakkelijk een stap kan maken. Als je te ver gaat, doe dan een stap terug en neem je tijd op een aangenaam niveau van beoefening totdat je voelt dat je er klaar voor bent om de beoefening weer uit te breiden.

De kinpomp is erg krachtig, met verreikende effecten. Meer lessen hierover zullen snel volgen.

De guru is in je.

 

Toevoeging: Hier is een korte uitwisseling over de kinpomp met een gevorderde beoefenaar.

Vraag 1: Deze kinpomp techniek heeft misschien wat tijd nodig om aan te wennen, want het is niet eenvoudig om de pranayama ademhaling te coördineren met het roteren. Ik wil ook wat halve rotaties proberen en dat een beetje onderzoeken omdat ik de dag nadat ik het geprobeerd had wat gevoeligheid en stijfheid had in mijn nek. Al zal ik wel volhouden en verder ontdekken want het is volledig consistent met mijn nekbewegingen en posities (automatische yoga) waar ik al mijn voordeel mee heb gedaan.

Antwoord: Doe zeker niet teveel met de kinpomp. Gedeeltelijke rotaties, of wat voor jou werkt binnen je capaciteit, is de juiste manier om het aan te pakken. Soms kunnen automatische bewegingen wat overenthousiast worden, en moeten we ze beperken zodat ze binnen de grenzen blijven van wat voor ons een veilige beoefening is. Dit is een kwestie van het balanceren van onze bhakti en automatische bewegingen met wat goed ouderwets gezond verstand. Dit is goede self-pacing (het bepalen van je eigen tempo).

Vraag 2: De kinpomp (binnen mijn grenzen) voelt nu erg goed, en ik doe ook kechari fase 3 tijdens zowel pranayama als meditatie.

Antwoord: Dat klinkt allemaal erg goed. Geniet!